• Vader:
  Lambert Claesz Prins, zn. van Claes Lambertsz Prins en Elffje Jurriaens ,
  geb. in 1684 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1709-61,
  doopsgezind,
  ovl. op 09-04-1750 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1748-38,
  begr. op 09-04-1750 te Huijsen; DTB-13-Begraven-Koptienden: Pro Deo,
  , -
  LAMBERT CLAESZ PRINS
  Huizen Koptienden (1709-61 1748-38):
  1709-61: VAN Claes Lambertsz Prins: 1 Spt
  - OP Claes Lambertsz Prins: 1 Spt
  - Situatie: 000
  1710-43: v. Claes Lambertsz Prins 1 Spt
  1717-38: v. Harmen Jacob Wijgertsz 4 cop 3/8
  - Situatie: 1 Spt 4 cop 3/8
  1720-38: v. Hendrick Willemsz Grutter 2 Spt 1/2
  - Situatie: 3 Spt 4 cop 7/8
  1721-38: Romijns op Numeriek Er staat: 3 Spt 6 cop 1/4
  1723-38: v. Lambert Jacobsz Killewigh 3 Spt 2 cop 3/4
  - Situatie: 7 Spt 1 cop
  1724-38: v. Lambert Jansz den Ouden 1 Spt 1/2
  - v. VADER Claas Lambertsz Prins 5 cop 1/2
  t/m 1748-38: Situatie: 8 Spt 7 cop
  1749-38: op ClaasLambertsz Prins ipv 5 cop 3/4
  - Afgezet op onbekende(n) 8 Spt 1 cop 1/4
  -
  Huizen-DTB-12-Impost op Trouwen; 08-05-1700: van Lambert Claesz Prins en Marrij Jans van Weesp ijeder 3 gld = f 6,-
  -
  Kroniek L.R. Lustigh-176-1527-Folio-111: den 19 decemb: doen sterft van Lambert klaasz prins een koe die maar drie dagen sieck was geweest oock hij was na bij sijn tijt, om te kalven, en hij begraaft deselve koe op de noort ooster Hoeck van
  sijn Huijs, het vlees van dese koe was weijnigh besmet, doch de milt Longe Lever en galblaas die waren kragtigh met pest vier besmet
  -
  Amsterdam-1120-942; 26-11-1716: Brief Mennisten
  -
  ONA-3731A045; 12-09-1729: Lambert Claasz Prins wonende tot Huijsen ter eenre en zijn soon Cornelis Lambertsz Prins mede wonende tot Huijsen ter andere sijde, verklaarde de 1e comparant verhuijrt te hebben en de 2e comparant voor de tijd van 4
  agtereenvolgende Jaren bereijds ingegaan op de 01-09-1729 gehuurt te hebben seecker huijs grutterijen en huijs gelegen binnen Huijsen belent Cornelis Hendricksz Snijder en Willem Jes ten noorden jaarlijks voor een som van somme van f 150, en de
  soon van sijn vader f 550,- te leen heeft gekregen,
  tr. op 08-05-1700 te Huijsen; Impost: 2x f 3,- = f 6,0.

• Moeder:
  Marrij Jans Weesp van.

tr. op 05-07-1743 te Huijsen; Impost 05-07-1743 bruijd: f 3,-
met

Lambertje Lamberts Prins, dr. van Lambert Jansz Prins en Teuntje Tijmens Claesz Volkerden,
geb. op 25-04-1721 te Huijsen; Doopsg.Gem.Huizen-9,
ged. doopsgezind in 1744 te Huijsen; Aangekomen; Doopsg.Gem.Huizen-9,
ovl. op 23-08-1808 te Huijsen; Doopsg.Gem.Huizen-9,
begr. op 26-08-1808 te Huijsen; 87 jaar; Woonplaats N. 30; 4 kinderen,
, -
ORA-184-3179; 25-01-1743a: Tot voogden over Lambertje Lamberts Prins minderjarige dochter van beijde wijlen Lambert Jansz Prins en Teuntje Tijmen Claasz gestelt Jan Vergoes en Jan Jansz Prinsz
-
ORA-184-3201A173; 26-04-1743: Marritje Lamberts Prins meerderjarige ongehuwde dogter en wijders Jan Vergoes en Jan Jan Prins als gestelde voogden over Lambertje Lamberts Prins, welke Marritje Lamberts Prins en Lambertje Lamberts Prins de eenige
kinderen en erfgenamen sijn van Lambert Jansz Prins en Teuntje Tijmen Claaz in Leven egtelieden, hebben vercogt aan Jan Rutten Timmer een huijs en erve gelegen binnen desen dorpe belent Andries Brummel ten nrdn en Willem Dirksz ten sudn voor f
1.324,
tr. (2)
met Hendrik Hendriksz Wal van der ( Aalten),
tr. (3)
met Jan Jansz Vos.

Uit dit huwelijk:

	naam	geb.	plaats	ovl.	plaats	oud	relatie	kinderen
1	Lambert						0	0
2	Jan	*1747	Huijsen; Doopsg.Gem.Huizen-9; Sept. 1747				1	2